vrijuit laten gaan (v) (straf) | ne pas punir (v) (straf) |
vrijuit laten gaan (v) (rechten) | acquitter (v) (rechten) |
vrijuit laten gaan (v) (rechten) | blanchir (v) (rechten) |
vrijuit laten gaan (v) (rechten) | innocenter (v) (rechten) |
vrijuit laten gaan (v) (straf) | faire grâce à (v) (straf) |
vrijuit laten gaan (v) (straf) | excuser (v) (straf) |